Nieuwbouw Saalmerink als basis voor een nieuw zorgconcept

Livio wil met de nieuwbouw van het Saalmerink inspelen op de toekomstige ontwikkelingen in de ouderenzorg.

De geplande nieuwbouw van het Saalmerink betreft niet alleen ‘nieuwe stenen’ en een toekomstbestendig gebouw, maar ook de basis voor een nieuw zorgconcept. Want ‘als we dan toch moeten gaan bouwen, laten we dan vooral rekening houden met de toekomstige ontwikkelingen in de ouderenzorg’ roepen de Livio-collega’s in koor tijdens ons gesprek over de noodzakelijke renovatie/nieuwbouw van het Saalmerink.

Het waarom

De vertegenwoordigers van Livio aan tafel zijn: Anneke Morsink (lid van de Raad van Bestuur), Tom Ploeg (manager Intramurale Zorg) en Hilde Peters – Borgman (communicatie=adviseur). Meteen wordt duidelijk gemaakt, dat het huidige pand in elk geval niet meer aan de ‘eisen van de tijd voldoet’. Dat geldt zowel vanuit bouwkundig oogpunt als vanuit de eisen die de ontwikkeling van de specifieke zorg voor deze categorie ouderen met zich meebrengt. Ook de actuele eisen met betrekking tot duurzaamheid spelen een doorslaggevende rol bij de beslissing om een nieuw gebouw te gaan neerzetten. ‘De duurzaamheid van het huidige gebouw is zo lek als een mandje’, stelt Tom Ploeg vast.

Plan van aanpak voor sloop en nieuwbouw

Het is de bedoeling dat de huidige bewoners zoveel mogelijk verplaatst worden naar gedeelten van het gebouw, die pas in een latere fase gesloopt worden. De vleugel Kriegerskamp is de eerste, die helemaal ‘leeg’ gemaakt moet worden, omdat juist op die locatie de nieuwbouw gepland is. Alle bewoners van deze vleugel worden dus naar elders in later te slopen delen van het gebouw geplaatst, of als dat niet anders kan, naar andere locaties van de Livio-organisatie.

De verwachting is, dat in de nieuwbouw uiteindelijk 99 appartementen verdeeld over drie bouwlagen zullen worden gebouwd, met op elke verdieping voldoende ‘huiskamers’ voor ongeveer 10-12 bewoners. Want de huidige grotere recreatiezalen, waar vooral bingo-avonden worden georganiseerd, passen naar de overtuiging van het Livio-management niet meer in de gewenste toekomstige zorg.

Voor de huiskamers blijven overigens wel vrijwilligers nodig, die zijn nu en in de toekomst onmisbaar in een dergelijke zorginstelling. ‘Het verschil zal wel zijn dat mensen die vooral te maken hebben met dementie, in grote ruimtes, waar veel mensen tegelijk verblijven, te veel prikkels krijgen en dat werkt in kleine ruimtes nu eenmaal beter’. En dan zullen er, kleinschaliger, natuurlijk ook wel bingoavonden zijn.

Andere samenstelling, minder zorgpersoneel en andere begeleiding

De demografische ontwikkelingen in Haaksbergen zullen niet afwijken van die van heel Nederland: de bevolking wordt gemiddeld ouder en groeit daardoor, extra beïnvloed door migratie. Die migratie kan slechts een deel van de tekorten op de arbeidsmarkt oplossen. In vrijwel alle zorgsectoren ontstaan personeelstekorten en dus zijn andere zorgconcepten nodig en moet ‘zorgtechnologie’ meer worden toegepast.

Wat het laatste betreft moet vooral aan medicatiesignalering worden gedacht, niet aan directe noodzakelijke zorgverlening. ‘Wel zal bij de zorg meer uitgegaan worden van zelfredzaamheid, ook bij deze bewoners’, stelt Anneke Morsink. ‘Het kleinschalig wonen met veel privacy gaat steeds meer gevraagd worden, ook bij ouderen, waar dementie gemiddeld steeds meer voorkomt. Ook deze categorie bewoners/zorg cliënten, voor wie de wereld per definitie kleiner wordt, ziet bij voorkeur plaatsing in een eigen appartement als levensvoorwaarde’. Tom Ploeg voegt daaraan toe: ‘ze willen veel zo lang mogelijk zelf blijven doen, met meer mensen continu verblijven in een grote ruimte versterkt juist het gevoel van eenzaamheid. In die zin passen ‘grote zalen’, waar iedereen ‘s avonds bij elkaar zit, ook niet meer in de toekomst’.

Vrijwilligers steeds meer nodig

De personeelstekorten kwamen al aan de orde en die zijn niet zo makkelijk oplosbaar. Zorginstellingen kunnen nu eenmaal niet zomaar ‘een blik verpleegkundigen opentrekken’ en arbeidscapaciteit importeren via migratie is ook niet een sluitende oplossing. De zorg, ook de ouderenzorg, moet rekening houden met een lagere beschikbare arbeidscapaciteit, meer ouderen en noodzaak om de inhoud van de zorg naar de ontwikkelingen aan te passen. ‘Natuurlijk moeten we het persoonlijke contact met de verpleging (de zogenoemde ‘zorgmomenten’) zoveel mogelijk in stand houden’, zegt Anneke Morsink, ‘maar niet alle ondersteuning hoeft geleverd te worden door een verpleegkundige. De bewoners kunnen steeds meer zelf, willen dat ook, er is (zij het beperkt) zorgtechnologie mogelijk en bij het organiseren en ondersteunen van ‘gezelligheid’ kunnen ook vrijwilligers een grotere rol spelen. En dat hoeven niet altijd directe familieleden te zijn. Als die verder weg wonen, is dat ook lastig te organiseren. Maar met de vergrijzing in ons land stijgt ook het aantal ouderen, dat nog graag wat wil betekenen voor anderen. Laten we dat koesteren’.

Tijdschema en financiële aspecten

De wensenlijstjes zijn gepresenteerd aan de architect. Er is een voorlopig ontwerp, het definitieve ontwerp wordt verwacht in september. De planning voorziet in oplevering van ‘het nieuwe Saalmerink’ tegen eind 2026. De architect had behalve met een aantal bouwkundige randvoorwaarden dus ook rekening te houden met een aantal min of meer filosofische begrippen, het nieuwe pand moest over een aantal karaktertrekken beschikken: huiselijkheid, ontmoetingsmogelijkheden in de directe nabijheid (de ‘huiskamers’ dus), zelfstandigheid en privacy voor bewoners en mensen moesten ‘kunnen rondscharrelen in een veilige omgeving’. Directie en management zijn van mening, dat de architect er in eerste instantie in geslaagd is.

Over de financiële impact van de nieuwbouwplannen kon in dit gesprek nog geen echte duidelijkheid worden gegeven. De financiële omvang van de nieuwbouw voor de Livio-organisatie hangt mede af van de uitkomst van de gesprekken, die onder meer met de gemeente gaande zijn over de mogelijke bestemming van de vrijkomende grond. Vanzelfsprekend ziet Livio die grond graag bestemd voor woonvormen die aansluiten bij de aard van de nieuwbouw. Er worden dus synergetische effecten geambieerd, die ook een bevredigende opbrengst opleveren. Dat zal dus uiteindelijk afhangen van visie van het gemeentebestuur en bereidheid van een woningcorporatie en/of een belegger c.q. projectontwikkelaar. Ook de bereidheid van ‘samenwerkingspartners’ (andere zorgverleners bijvoorbeeld) speelt daarbij een rol. Het basisidee is, dat op de vrijkomende grond ‘synergetische’ woonvormen en zorgverlening worden gerealiseerd. Wordt vervolgd dus.

Kijk voor meer informatie op de website van Livio

Meer over welzijn in Haaksbergen

Volg het nieuws uit Haaksbergen

Interview en tekst: Ton van Rijswijk
Eindredactie: Michel van der Voort
Een productie van RTV Sternet